De film toont en bespreekt hoe John Worrell Keelys zogenoemde 'zog-theorie' en de in hogere dimensiesferen verheven Strader toneelattributen met elkaar samenhangen.
Met name daarvan het hoofdattribuut, ons inziens een inverse van Rudolf Steiners voorstelling van het komende Nieuwe Jeruzalem. Daarmee wordt in
één adem getoond en besproken hoe die samenhang spoort met een stuk kalenderkunde, die aanvangt met de 38-jaarperiode 1841 - 1879, precies de duur van 2 Metoncycly. Dat betreft een periode die vanaf haar begin, dus vanaf 1841, 361 = 192
jaren doorloopt tot het jaar 2202; precies 19 Metoncycly, evenveel cycly als één zo’n cyclus jaren telt! Lees verder [...]
|
|